Deze keer hadden we gekozen voor Zeeland, de zuidwestelijke provincie van onze noorderburen, letterlijk badend in het zeewater. Overnachten deden we in Renesse op het eiland Schouwen-Duiveland, ten noorden van het iets bekendere Walcheren. Het hotel “De Zeeuwse Stromen” viel wat tegen (vooral het avondmaal en de aanwezigheid van heel veel honden), maar het is een ideale uitvalsbasis om een bezoek te brengen aan de wereldberoemde deltawerken op het kunstmatige eiland Neeltje Jans, die de lager gelegen gebieden van Nederland tegen overstromingen moet beschermen. Een ingenieus en heroïsch voorbeeld van hoe de mens de zee weet te temmen. Een bezoek waard.
Fantastisch toch hoe die Nederlanders hun kustlijn weten te beschermen. Niet alleen door de waterkering, maar ook geen hoge appartementsgebouwen, geen druk toeterende auto’s, maar een “zee” van ruimte en licht. Prachtige duinenpartijen met daarin de wandelende stipjes, de ene keer goed ingeduffeld, de andere keer in strandkledij. Als je wil onthaasten is dit echt een ideale plaats.